Priester Philippe Dalleur doceert natuurfilosofie aan de pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis (Rome)

Philippe Dalleur, geboren in 1955 in Schaarbeek, is burgerlijk ingenieur telecommunicatie en heeft een doctoraat in toegepaste wetenschappen (UCL 1978). Na werkzaam te zijn geweest in de robotica, werd hij in 1989 priester gewijd en behaalde hij in 1997 een doctoraat in de filosofie aan de pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis.


In 2000 werd Philippe Dalleur benoemd tot universitair hoofddocent filosofie (epistemologie, filosofie van de natuurwetenschappen) aan de pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis.

Hij verdeelt zijn activiteiten tussen de Universiteit van het Heilig Kruis in Rome en als aalmoezenier van de universitaire   residentie Bauloy te Louvain-la- Neuve.


KUNT U HET BELANG VAN FILOSOFIE IN HET UNIVERSITAIR ONDERWIJS VERKLAREN?


Filosofie, waarvan de etymologie "liefde voor de wijsheid, voor de sapientiële kennis" betekent, is een van de oudste disciplines van de menselijke kennis. Het heeft de deuren geopend naar systematische studie en belangstelling voor wetenschap.

Het is immers altijd verbonden geweest met de wetenschappelijke en morele evolutie van de maatschappij, ten goede of ten kwade.

Het fungeert ook als intermediair tussen alle disciplines. Zo doordringt de wijsgerige ethiek alle gebieden van het menselijk handelen, omdat de mens een rationeel en moreel dier is. Het is dan ook niet meer dan normaal dat filosofie deel uitmaakt van het leerplan van elke instelling die beweert een echte academische instelling te zijn.


WAAROM IS HET ZO BELANGRIJK VOOR DE OPLEIDING VAN PRIESTERS?


Meer dan een eeuw lang hebben pausen en concilies herhaald dat het christelijk geloof in wezen rationeel is. Recente pausen hebben dit tot een van de favoriete thema's van hun pontificaat gemaakt.


Denk aan de verklaring van het Eerste Vaticaans Concilie over de natuurlijke kennis van God, de encycliek Fides et Ratio of de rede van Regensburg.


Hun leergezag herinnert eraan hoe het christendom vanaf het allereerste begin een harmonieuze symbiose is aangegaan met de Griekse filosofie om de door Jezus Christus gewenste evangelisatie beter te kunnen dienen. Vanaf de eerste eeuw werd de uitdaging van de christelijke vorming gevoeld. Zoals Petrus heeft gezegd (vgl. 1 Petr. 3, 15), moet de christen zowel in theorie als in praktijk rekenschap kunnen afleggen van de hoop op het Koninkrijk die Christus in hem heeft gelegd.


Als dit voor iedere christen geldt, moeten a fortiori filosofie en theologie de basis vormen van het vormingsprogramma voor priesters. 

De seminarist begint bij minstens twee jaar filosofie.


Naast de traditionele disciplines zoals logica, metafysica of epistemologie zijn verschillende disciplines van fundamenteel filosofisch belang, zoals kosmologie, biowetenschappen, antropologie, ethiek, psychologie en geschiedenis.


Samen plaatsen deze disciplines de redenering in een context voor een juist begrip van de natuur, de mens, de maatschappij, God de schepper, en passen zij de studie van geloof en theologie aan aan de culturele omgeving en ervaring.


HOE ZIT HET MET DE AANWEZIGHEID VAN GOD IN DE KOSMOS EN DE NATUUR?


In navolging van de theoloog Rudolf Otto geeft mijn kijk op de kosmos (wat orde betekent in het Grieks) mij een steeds fascinerender, majestueuzer, duizelingwekkender verwondering.


Het nodigt mij uit God te beschouwen als de absolute oorsprong van de grondslagen van het zijn, van de tijd, van de causaliteit, van de orde, van de universele constanten en stabiele wetten, van het leven, van het zelfbewustzijn, van de vrijheid, van de meta-natuurlijke verlangens.


De beroemde schrijver en bekeerling, C.S. Lewis, zegt in zijn boek Mere Christianity: "Als ik in mijzelf een verlangen vind dat geen enkele ervaring in deze wereld kan vervullen, is de meest waarschijnlijke verklaring dat ik voor een andere wereld ben gemaakt". In feite ziet Lewis een probleem van inconsistentie in

de verklaring van het verschijnen van zulke verlangens door toeval en natuurlijke selectie.


Bijvoorbeeld, de verlangens naar eeuwigheid, rechtvaardigheid, liefde, enz. hebben een oneindige reikwijdte, verder dan wat de kosmos kan verschaffen.


Het Darwinistische mechanisme lijkt ontoereikend om de aanwezigheid van de mens met al zijn complexiteit en (meta-)natuurlijke neigingen te rechtvaardigen. Maar in deze schepping is er ook chaos, toeval, onvolmaaktheid en kwaad. Indien velen, wegens de entropie of de toevalligheid van de schepselen, toeval en onvolmaaktheden verenigbaar achten met het geloof in God, is het in feite de aanwezigheid van het kwaad, dat velen stellen tegenover een alwetende, oneindig goede en rechtvaardige God, die het mysterie en het meest acute probleem vormt voor een hedendaags gelovige.


Dit is ook waar de pracht van filosofische reflectie en dialoog om de hoek komt kijken. Zelfs een natuurkundige als Einstein had het over dit mysterie toen hij zei: "De Heer is subtiel, maar hij is niet kwaadaardig".

De vraag naar God is verbonden met de vraag naar de oorsprong en de zin van deze wereld.


De christelijke filosofie geeft gedeeltelijke antwoorden, die het geloof en de theologische reflectie gebruiken om verder te gaan, geleid door de Heilige Geest, op de weg die ons leidt naar Christus, het gewillige doelwit van het kwaad, dood en verrezen, en naar de Liefde van God, de eeuwige Vader. Priesters staan in dienst van deze vooruitgang in kennis, geloof en liefde.

Ook de Belgische priester Jean-Pierre Schouppe verdeelt zijn wetenschappelijke activiteiten tussen Louvain-la-Neuve en Rome, waar hij doceert aan de pauselijke Universiteit van het Heilig Kruis.

Waarom canoniek recht onderwijzen of bestuderen als niemand er ooit over praat?


Meer ...